Ontwormen veulens en jaarlingen
Als er op het bedrijf een historie is met veulenworminfecties dan adviseren wij om de mest van het veulen op twaalf – veertien dagen leeftijd te laten onderzoeken. Zware veulenworminfecties kunt u behandelen met ivermectine (bv Eraquell). Milde vormen hoeven niet behandeld te worden; het veulen bouwt dan zelf weerstand op. Bij veulens kunnen naast de veulenwormen vanaf zo’n 4 maanden leeftijd spoelwormen voorkomen. Op bedrijven waar de infectiedruk hoog is, kunnen veulens tussen de tien en vijftien weken leeftijd al een spoelworminfectie hebben.
Spoelworminfecties kunnen onder andere verstoppingen in de dunne darm veroorzaken als de veulens of jaarlingen onvoldoende (of met de verkeerde middelen) ontwormd worden. Andere verschijnselen van een flinke worminfectie zijn diarree en luchtwegproblemen. In verband met de grotere resistentie van spoelwormen tegen ivermectine is het verstandig veulens en jaarlingen te ontwormen met Strongid-P (pyrantel). Vanaf 4 maanden leeftijd kunt u de mest laten onderzoeken op een spoelworminfectie.
Bij klachten (diarree, hoesten, vermageren, dikke buik, dof haarkleed) adviseren wij om dit eerder te doen. Een dier met klachten behandelen met Strongid-P en één week later herhalen. Als het vermoeden bestaat dat het veulen een flinke spoelwormbesmetting heeft, neem dan contact op met uw dierenarts. Deze kan u adviseren om het veulen te laten laxeren. Als na het ontwormen de spoelwormen in grote aantallen afsterven, is de kans groot dat ze vastlopen in de darmen en koliek veroorzaken. In het ergste geval kunnen de darmen scheuren. Indien het dier geen klinische klachten heeft, maar er wel eieren gevonden zijn in de mest, dan volstaat twee keer ontwormen met Strongid-P met zes weken tussentijd. Als u blind ontwormt, doe dit dan ook twee keer met zes weken tussentijd. Ontwormen in de dosering die op de verpakking staat.
Vanaf achttien maanden leeftijd moet een paard normaal gesproken weerstand opgebouwd hebben tegen de spoelworm.